Er was eens een schooljuffrouw met de naam Dep. En nee, ze was niet getrouwd met een zekere Johnny, hoewel die man –qua voorkomen- haar type was. Eigenlijk heette ze geen Dep maar de kinderen hadden haar zo genoemd omdat ze steeds haar oog moest deppen.
Juffrouw Dep had namelijk een traanprobleem en gek genoeg maar aan één kant. Haar rechteroog traande voortdurend. Het was natuurlijk geen groot probleem maar het was wel erg hinderlijk. Vooral wanneer je wil zien wat je net op het bord hebt geschreven of wil checken dat Paul niet alweer zit te spieken, tijdens het proefwerk schrijven.
Op die fiets was het het ergst. Dan liepen de tranen over de rechterkant van haar gezicht. Je begrijpt dat Juffrouw Dep niet zonder papieren zakdoeken op pad ging. Maar naast dat getraan was de juffrouw ook vergeetachtig en dan zocht ze vergeefs naar de begeerde doekjes in haar handtas. Op zulke momenten kon het gebeuren, dat ze spontaan een vreemde aanklampte met de vraag of die ze soms bij zich had.
Haar probleem liep natuurlijk behoorlijk in het oog. Ik bedoel nu even niet haar oog maar dat het opviel bij anderen. Bij een voorstelling in het theater kon men denken dat ze enorm geraakt was door het stuk. En ooit vroeg een dikke meneer haar of ze verdrietig was omdat hij dacht dat ze huilde. ‘Oh, ik ben niet verdrietig hoor’ zei ze ‘maar mijn oog wel’.
En vanwege dat verdrietige oog had de juffrouw verschillende medische afspraken. Van haar traanbuis moest een foto gemaakt. De dokter was een vreemde vogel, die zonder de nodige voorzichtigheid in acht te nemen, een stompe naald in haar traanbuis stak. Oei! Riep Juffrouw Dep en haar armen vlogen in een afwerend gebaar de lucht in, hoewel ze op haar rug lag. De foto was echter gelukt en toonde een verstopping.
Vervolgens werd een poging gedaan de traanbuis open te maken door hem te dotteren. ‘Je mag in mijn hand knijpen’ zei de vriendelijke verpleegkundige die naast haar stond. De juffrouw had nog nooit zo’n pijnlijk gebeuren beleefd en kneep in de hand zo hard als ze kon. Helaas niesde ze de geplaatste stent er de volgende dag al uit, terwijl die een paar weken had moeten blijven zitten.
Ten einde raad schreed Juffrouw Dep daarop tot het uiterste. Ze liet een gat boren in haar neusbeen. Haar tranen zouden daardoor worden afgevoerd. Gelukkig kreeg ze hiervoor een narcose. En nog fijner was het goede resultaat. De juffrouw was opgetogen. Nu kon ze rustig de zakdoekjes vergeten en altijd goed zien.
Tien jaar ging het goed en kon ze onder haar echte naam leven. Tot haar oog weer begon te tranen en nu ook vaak ontstoken was. Ze moest zich bij de artsen leren uitdrukken in het Duits want de juffrouw was inmiddels geïmmigreerd. Dat Duits lukte prima maar niets kon haar voorbereiden op de schok toen de radioloog zei dat op de CT scan een 1)Fremdkörper in haar 2)Tränennasengang te zien was. Een draad die van haar ooghoek tot in haar tandwortel stak. ‘Een draad?’ zei ze geschrokken: ‘ik weet niets van een draad!’
Doordat ze in het verleden meerdere behandelingen had gehad, duurde het even voor ze wist hoe die draad daar kwam. Hij stamde van de traanwegdotter, die ze zo vreselijk had gevonden. En deze draad waren ze dus vergeten eruit te halen. Naast de ontstekingen waren er meer problemen maar om privacy redenen laat ik het hier maar bij.
Om een lang verhaal kort te maken. Juffrouw Dep moet opnieuw geopereerd. Daar moest ze even om huilen hoor. Echte tranen vanuit twee ogen. Maar door bovenstaand verhaal weet u dat de juffrouw wel in oplossingen denkt en deze operatie aangaat. Om het nogmaals in het Duits uit te drukken. Dit is een zaak van 3) Augen zu und durch. En vooral bidden voor een goed resultaat.