Er zit een klein meisje in mij. Ze is snel onzeker want ze heeft niet geleerd dat ze er mag zijn. Dat ze goed genoeg is. Soms beseft ze dit wel hoor. Dan danst ze door de kamer en zingt mee met de muziek van de cd. Wat een leuk meisje is het dan.
Er zit een klein meisje in mij. *Ze vindt zichzelf niet van waarde want als niemand met je spelen wil, zal je wel niet deugen. Of zij deugt wel maar dan zijn de anderen niet oké. Dat is een vraagstuk waar ze niet uitkomt. Ze pijnigt haar hersens en weet het niet. Misschien is iedereen even waardevol maar zij, zij voelt het niet.
Er zit een klein meisje in mij. Ze is soms zo bang. Niet voor monsters onder haar bed. Daar is ze iets te oud voor. Maar ze is zo vaak in de steek gelaten. Wie kan ze nog vertrouwen?
Als het haar teveel wordt en alle angsten en alle pijn overweldigend zijn. Dan kan ze alleen nog maar huilen en totaal overstuur zijn. Ze weet het niet meer. Niks is meer zeker. Ze wil niet meer vechten. Ze wil rust. Bijkomen en weer mogen spelen. Het lijkt onmogelijk.
Klein meisje luistert niet naar preken over God, die nabij is. Zij voelt zich totaal door Hem verlaten. Bestaat hij eigenlijk wel echt? Hij heeft zoveel toegelaten waar zij dacht dat Hij beschermen zou. Waar was Hij toen ze zo’n pijn had?
Arm meisje in mij. Wat heb ik je lang genegeerd. Ik wilde volwassen zijn en sterk maar nu vraag ik me af: wat heb je nodig? Geen preek maar wat wel? Erkenning van je bestaan? Dat is al wat maar niet alles. Horen dat het inderdaad moeilijk is? Nee, daar schiet je niets mee op…
Wat wel werkt weet ik nu. Jij wil heel graag vastgehouden worden. In een omhelzing zit zowel erkenning van je wezen als liefde. Goddelijke liefde door mensenarmen heen. Laat je maar omhelzen. Je weet bij wie dat kan. Je weet wie echt is en oprecht. Dat verschil heb je wel leren voelen door de jaren heen.
Maar het allerbeste om te doen wanneer jij zo overstuur bent is vragen of iemand voor je bidt. Iemand die de woorden kan uitspreken die jij niet kan vinden. Iemand die voor jou gelooft wat je zelf niet meer kan geloven. Iemand die de weg vraagt wanneer jij de weg kwijt bent.
Kom maar pak mijn volwassen hand.
Laten we samen naar de Vader gaan. Of iemand vragen het voor te doen als ook mijn volwassen kant jou niet weet te bereiken. Soms is dat zo en dat vind ik moeilijk want ik wil niet dat jouw angsten het winnen. Maar God is goed. Hij zorgt voor bidders op je pad. En sterke armen om je heen.
Ik laat me troosten en word langzaam Heel.
Omdat ik geloof dat we allemaal een klein meisje of kleine jongen in ons hebben.
Wat ontzettend mooi verwoord en zo herkenbaar in mijn gezin. Dank je voor het delen en voor het omzetten in woorden.
Bedankt voor je lieve reactie Paula. Enne…graag gedaan.
Heel mooi geschreven, en inderdaad heeft iedereen wel iets van dat klein zijn in zich…
Dankjewel.
Wie ik was, ben ik niet. Wie ik niet was, ben ik geworden. Door het verleden vervormd. Door de tijd misvormd. Niet terugdenken aan wat was. Kijk vooruit. God is er en Hij zal alle dingen nieuw maken. Hij staat boven pesters en gepeste. Hij heeft werkelijk lief.
Mijn tijd op de lagere school? Wie ik was? Een eenzame hulpeloze jongen. Hij telde niet mee. Hij delfde elke dag het onderspit. Vluchten van het schoolplein naar het toilet. Van het toilet weer naar de, (betrekkelijk) veilige klas. Vuisten werden naar mij opgestoken. Dodelijke blikken kwamen mijn kant op. Waarom? Wat deed ik fout? Iedereen had lol. Om mij?
Op mijn rapport allemaal tweeën en drieën. Jongen doe toch beter je best. Zo wordt je een grote nul in de maatschappij. Papa, dat wordt ik niet, dat ben ik al. Laat het aub thuis ook niet beginnen. Ik ben het zo ontzettend ZAT.
Bedankt voor je openhartige reactie Cas, met dit inkijkje in je jeugd. Wat een herkenbare gevoelens van onwaardigheid. Wat je in je aanhef al aangeeft: God is er. Hij was er toen ook, al hadden wij dat niet door. Hij heeft ons lief en aanvaardt ons. Wat een prachtig nieuw begin.
Maar af en toe -wanneer het moeilijk is- dringen oude gevoelens weer naar voren. Ten minste zo ervaar ik dat nu ik overbelast ben in de zorg om mijn vader.
Ik wens die kleine jongen in jou de koestering die hij zo verdient. Van lieve mensen en van de hemelse Vader.
Dank je wel Anne. Ik wens, nee geef je de zegen van onze hemelse Vriend en Vader. Hij geeft je de kracht en doorzetting op het juiste moment. We verdienen niets. We mogen ontvangen in genade. Zijn genade
Dank je Cas. Fijn zo even te ‘praten’
Lieve Anne,
Als je dat kleine meisje tegenkomt, durf dan naast haar te zitten en tegen haar te zeggen:
Ik zie dat je alleen bent, dat het je heel zwaar gemaakt word. Maar ik weet dat je uit zal groeien tot lieve stralende vrouw! Mag ik even bij je zitten? En een liefdevolle arm om je heen slaan?
Op die momenten mag je dat kleine meisje de compassie geven die het zo nodig had maar die gestolen werd… Houd vol!
Dankjewel Petrina, Dat doe ik!
Dank je wel! Heel ontroerend. Blijf het meisje koesteren.
Jij ook bedankt Aritha. Lief dat je zo regelmatig reageert.
Waardevolle Anne, Met pijn herken ik de diepe pijn die vernedering teweeg brengt. Verlaten worden door je zeer-naasten lanceert je naar een diep dal. Na veel strijd kon ik erover schrijven in mijn boekje Herte – 42 . (Jongboek)
Avondgroet van Sjoerd Stellingwerf
Beste Sjoerd, Dank voor je vriendelijke woorden. Wat mooi dat jij ook woorden hebt gevonden om je pijn te doorleven en het -in een boek- een plek te geven. Ik ga het bestellen en lezen.
Wens je een zonnige zondag…hij begon al goed!
Dag schrijfster, Af en toe een stimulans op onze route, Ja, wat geeft dat ruimte: doet dat goed. Zondaggroet van Sjoerd